Wintergroenten garnituur
Ingrediënten:
Voor 6 personen
¼ rode kool
1 rode biet
1 peterseliewortel
10 spruiten
¼ knolselder
suiker
azijn
olijfolie
enkele takjes rozemarijn
dunschiller
Bereiding:
Voor de rode kool:
Verwijder het buitenste blad en snij de kool in vier.
Haal de buitenste dunne bladeren los, deze hebben we nodig.
Breng een ketel water met enkele eetlepels suiker en wat zout aan de kook.
Kook de bladeren in ongeveer 5 minuten beetgaar.
Giet een geut azijn bij het kokend water, je zult zien dat de rode kool een mooie kleur krijgt.
Laat de rode kool schrikken in koud water.
Gebruik uitsteekvormpjes en snij naar eigen inspiratie.
Voor de rode biet:
Was de biet.
Kook de rode bieten in gezouten water met een geut azijn gedurende 1 a 1 ½ uur tot ze gaar zijn.
Laat afkoelen in het kookvocht.
Schil de biet en snij naar eigen inspiratie.
Voor de peterseliewortel:
Schil de wortel en snij naar eigen fantasie.
Kook in gezouten water gedurende 4 a 5 minuten tot ze beetgaar zijn.
Koel af in koud water.
Voor de spruiten:
Was de spruiten en verwijder de bruine blaadjes.
Snij een klein stukje van de achterkant zodat de buitenste bladeren los komen, deze hebben we nodig.
Breng een ketel gezouten water aan de kook.
Kook hierin de blaadjes van de groenten gedurende 1 minuut.
Laat de blaadjes schrikken in koud water.
Kook de rest van de spruiten beetgaar en laat ze schrikken in koud water.
Voor de knolselder:
Schil de selder.
Snij een stuk zo breed als je dunschiller.
Snij nu linten knolselder met behulp van een dunschiller.
Breng een ketel gezouten water aan de kook.
Doe enkele takjes rozemarijn en een geut olijfolie in het water en laat 2 minuten koken.
Kook hier de knolselderlinten gedurende 1 minuut in.
Schep de selder en rozemarijn met een schuimspaan uit het water.
Laat afkoelen in een diep bord.
Smakelijk
Voor de rodekool:
Verwijder het buitenste blad en snij de kool in vier.
Haal de buitenste dunne bladeren los, deze hebben we nodig.
Breng een ketel water met enkele eetlepels suiker en wat zout aan de kook.
Kook de bladeren in ongeveer 5 minuten beetgaar.
Giet een geut azijn bij het kokend water, je zult zien dat de rode kool een mooie kleur krijgt.
Laat de rode kool schrikken in koud water.
Gebruik uitsteekvormpjes en snij naar eigen inspiratie.
Voor de rode biet:
Was de biet.
Kook de rode bieten in gezouten water met een geut azijn gedurende 1 a 1 ½ uur tot ze gaar zijn.
Laat afkoelen in het kookvocht.
Schil de biet en snij naar eigen inspiratie.
Voor de peterseliewortel:
Schil de wortel en snij naar eigen fantasie.
Kook in gezouten water gedurende 4 a 5 minuten tot ze beetgaar zijn.
Koel af in koud water.
Voor de spruiten:
Was de spruiten en verwijder de bruine blaadjes.
Snij een klein stukje van de achterkant zodat de buitenste bladeren los komen, deze hebben we nodig.
Breng een ketel gezouten water aan de kook.
Kook hierin de blaadjes van de groenten gedurende 1 minuut.
Laat de blaadjes schrikken in koud water.
Kook de rest van de spruiten beetgaar en laat ze schrikken in koud water.
Voor de knolselder:
Schil de selder.
Snij een stuk zo breed als je dunschiller.
Snij nu linten knolselder met behulp van een dunschiller.
Breng een ketel gezouten water aan de kook.
Doe enkele takjes rozemarijn en een geut olijfolie in het water en laat 2 minuten koken.
Kook hier de knolselderlinten gedurende 1 minuut in.
Schep de selder en rozemarijn met een schuimspaan uit het water.
Laat afkoelen in een diep bord.
Gebruik de groenten naar eigen inspiratie.